van Roesbrugge naar Esquelbecq

 

Dag 4: van Roesbrugge naar Esquelbecq 

 

Een mooie etappe met relatief veel natuur en ook de passage van de grens met Frankrijk. Een stralende dag die niet meer stuk kon. Met een omelet op onze boterham van onze gastvrouw van T heilig Genot. We lopen met z’n zessen: Lies, Gerard, Mechteld, Hans, Judith en Willem. Deze dag zonder een Belgische deelnemer die het landschap voor ons duidt. We zullen het zelf moeten lezen. 

Eerst rijden we met de auto naar Roesbrugge, het startpunt. 

 

Roesbrugge is het laatste dorpje tot waar bevaring mogelijk is. Er zit een extra arm aan de rivier, waar de bootjes kunnen draaien voor de terugvaart. Vanaf hier geen dijk meer. Om ons heen een landschap van vochtige graslanden langs de rivier en hogerop akkers met vooral graan. We bekijken een kunstwerk van poppies / klaprozen dat associeert met door oorlogvoering omgeploegde velden. Het pad begint direct te slingeren net als de rivier. 

 

We babbelen met een boer over zijn 2 koeien die hij naar de wei brengt met zijn tractor en kar. De koeien staan droog, zijn drachtig en zullen over 1 maand bevallen. De dames hebben geluk dat ze de wei in mogen want deze boer is klein met 50 koeien, hij gaat stoppen en heeft geen opvolgers. Hij heeft nog tijd voor een koe in de wei. Nergens zien we nog koeien in de wei. 

Het pad wordt soppig en de begroeiing sappig en al snel dient zich de vogel van de dag: de Tuinfluiter. De vogel zingt als een snelle Merel, net even anders dan de Zwartkop. Verderop komen we bij grote waterplassen naast de rivier waar een reegeit wegvlucht. De plassen blijken meer dan natuur, het is een eendekooi. Natuur komt hier op de tweede plaats. Eerst komt het eten, met landbouw en jacht.  

Het is nog heel nat op het pad vlak langs de rivier. We moeten over hekken en bramen klimmen om de voeten droog te houden. 

 

Opeens verlaat het pad de rivier. De stroom is nog maar een paar meter breed is, en tegelijk diep uitgesleten. 

Om water vast te houden zou je hier de rivier kunnen vertragen. Bijvoorbeeld door de rivierbodem op te hogen en naast de rivier moerassen en of broekbossen te ontwikkelen. Dan moet je wel bereid zijn landbouwgrond op te offeren. 

 

Nu we omhoog lopen komen we in een intensief akkerbouwgebied. We worden een beetje treurig van zo veel velden die bespoten zijn met Glyfosaat. Het is niet veel anders dan in Nederland. 

 

Monsanto dat is overgenomen door Bayer heeft de strijd gewonnen. De EU landen hebben in 2023 besloten dat het middel nog 10 jaar gebruikt mag worden ondanks aantoonbare verbanden met de ziekte van Parkinson. 

 

De structuur van de grond ziet er goed uit. We doen de rolletjes test en de samenstelling blijkt ergens tussen een zavel en een leem te zitten. Geen klei dus, ideaal om te bewerken en met een goede vruchtbaarheid. 

 

Op het plein bij de Mairie in het dorpje Herzeele wacht Andries ons op met mandarijnen. Hij gaat wisselen met Judith die de ochtendetappe meeliep. We vinden een café waar we vooral koffie en thee drinken. Een keer geen bier voor Andries en Willem. 

 

We hebben de graslanden van het vlakke land voorgoed achter ons gelaten. In de middag trekken we verder door het licht heuvelachtige akkerland met wintertarwe en winterkoolzaad. De andere gewassen moeten nog gezaaid worden. Het is een bijzonder laat jaar voor de boeren omdat het zo lang is blijven regenen. Boeren rijden rond met veldspuiten en zijn druk met ploegen, eggen en frezen om het land zaaiklaar te maken. 

 

Vlak bij het dorp Esquelbecq ontdekken Andries en ik een bijzonder gewas. Het blijkt vlas, een gewas dat weer in opkomst is, mede omdat van de restproducten biobased isolatiemateriaal gemaakt kan worden. Het wordt vooral in Noordwest Europa verbouwd terwijl de verwerking tot linnen voor bijna 100% plaatsvindt in Azië. 

 

In Esquelbecq wacht ons een proeverij van een familie brouwerij. Dit keer geen monniken bier. Ook lekker.

Willem Seine