Gevonden Voorwerpen
Wat we verloren
Gevonden voorwerpen zijn ooit verloren of verloren gegaan. En soms blijven ze heel erg lang zoek. Soms is het de moeite waard er actief naar op zoek te gaan.
“Wil je dan alleen maar tomaten, en geen koude grond meer?” Het was 1965 en mijn broer was in een heftige discussie met mijn vader gewikkeld. Hij wilde wel in het bedrijf blijven maar dan moest er heel veel glas bijgebouwd worden en de teelten worden gerationaliseerd. Tomaten leek de beste optie. Andere tuinders moderniseerden ook op die manier en hij wilde mee. Het kon makkelijk, de jaren ervoor was er goed verdiend en het geld was spotgoedkoop met rentes van nog geen 4%. Maar mijn vader wilde het niet. Hij zag zijn beeld van een volwaardig en zinvol leven te loor gaan bij die ontwikkeling. Hij geloofde juist in veel verschillende gewassen, glas én koude grond, de inzet van zijn creativiteit op veel verschillende gebieden. Binnen als het regende, buiten als de zon scheen. Hij hield van zijn vak en daar gaf hij vorm aan door te streven naar hoge kwaliteit. “Dat wordt altijd betaald”. Een oude fruitboom die al lang haar economische waarde had verloren liet hij staan, “omdat anders het landschap wel erg kaal wordt.”
Die zogenaamde rationalisatie stond hem tegen. Ik zie hem en de knechten nog binnenkomen als ze het fruit gespoten hadden. Geel van de zwavel, hun kleren, hun huid, alles! Je kon je er gewoon niet helemaal tegen beschermen. Hij verfoeide het maar zag tegelijkertijd geen andere weg. Behalve de biologisch dynamische landbouw die hier en daar werd bedreven door fanatieke antroposofen was er nog geen biologische landbouwsector. Waar kon hij zich bij aansluiten? Wél was hij een fervent aanhanger van Cleveringa, de landbouwconsulent uit Zutphen en actief in de IJsselvallei. Cleveringa waarschuwde al in de 50-er jaren tegen overbemesting met stikstof. Daar werden de planten slap van en hun weerstand minder. Cleveringa beval forse giften met stalmest en compost aan als beste manier om de bodem te voeden en daardoor tot een gezond en weerbaar gewas te komen. Tot in de jaren negentig was zijn invloed terug te vinden bij tuinders rond Deventer.
Hij wantrouwde de schaalvergroting en de macht van banken, verzekeringen en de steeds grotere bedrijven van leveranciers en de veilingen. Hij was voorstander van het nationaliseren van de grond als wapen tegen speculatie en prijsopdrijvingen. Het was een standpunt die je tot in de 80-er jaren nog aantrof bij de sociaal democraten maar ook leefde in delen van de christelijke partijen zoals in de Christelijk Historische Unie waar hij lid van was. Met de kennis van nu zeg je: was dat maar gebeurd!
Mijn vader en broer kwamen er niet uit, de schaalvergroting en rationalisatie kwamen er niet door. Mijn broer vertrok en beetje bij beetje verloor mijn vader zijn bedrijf, gemangeld tussen overtuiging en markt. Hij stierf op 66 jarige leeftijd. Aan keelkanker, zoals zo veel agrariërs van zijn generatie. Met hem verloor na de Tweede Wereldoorlog 90% van de boeren en tuinders hun bedrijf.
Langzamerhand beginnen mensen die verloren waarden te herwaarderen. Het verzet tegen ‘bullshitjobs’ groeit, de roep om een landbouw onder behoud van natuurwaarden zoals mijn vader intuïtief nastreefde neemt toe. Hoewel velen de oplossing voorlopig zien in juist het versterken van de technologisch ‘innovatieve’ aanpak en ruim baan willen geven aan schaalvergroting en rationalisatie broeit het tegelijkertijd onderhuids wel degelijk door. “Is dit leven? Is dit rentmeesterschap?” Mansholt als vader van de moderne Europese landbouw kwam tot inkeer en ging actief op zoek naar al die verloren kennis en vaardigheden. Zijn gevonden voorwerp was een kleinschalige lokaal gerichte ecologische landbouw, niet als simpele kopie van wat was maar doorontwikkeld met gebruik van moderne inzichten. Overal zie je dat inzicht groeien en vorm krijgen in nieuwe bedrijven en samenlevingsvormen. De verloren balans tussen landbouw en natuur wordt hier en daar beetje bij beetje teruggevonden en ontwikkeld. Een zoektocht, met vallen en opstaan, met foute afslagen en mislukte probeersels, maar alleszins de moeite waard om mee door te gaan. We staan in een lange traditie.
.
Gert Jan Jansen