Gevonden Voorwerpen

Reukgras bevat cumarine en bij het maaien komt er een zoetige lucht boven dat grasland hangen, heerlijk. Vroeger was die geur gemeengoed voor het ouderwetse boerenland. 

Geurend landschap


Als we vroeger van vakantie uit zuidelijke streken terugreden dan was de Belgisch-Nederlandse grens niet alleen door tal van borden duidelijk, maar ook door de lucht die we inademden. Die was anders was. Na de Belgische grens drong een penetrante mestgeur  de auto binnen, die geur die toen ook al het Nederland van toen zo kenmerkte. Die geur begint gelukkig af te nemen. 


Zo herinner ik me de tijd dat we via de vriendinnetjes van kinderen veel contact met boeren hadden.  De geur van een boerderij was een mix van ‘aangenaam’ en iets waar je moest je steeds aan moest wennen. De geur bleef een beetje aan je kleven en pas de andere dag was je die weer kwijt.  

Vooral de geur (stank) van ‘ongeboren mest’ was haast niet te harden: dit was mest die bij het slachten  van dieren uit de maag en darmen is verwijderd en die gratis of tegen een zeer lage prijs te verkrijgen was; prima mest voor de grasgroei omdat er relatief veel eiwitten in zaten. 


Een andere geur. In de winter was de lucht (hemel, firmament) in mijn geboortedorp aan de rivier het Zwarte Water vaak mooi strak blauw, mits er dan een aanhoudend koude oostenwind stond. Die ijzige wind voerde dan de geur mee van de koffiestroop-fabriek, een geur die wij als prettig ervoeren (je kan dan schaatsen) maar die omwonenden van die fabriek geweldig irritant vonden. 


Zo werd me tijdens een wandeling langs de IJssel onlangs ,de volgende ervaring verteld. Mijn wandelgast vertelde me dat hij op zeer jonge leeftijd, aan de hand van de moeder, door de omgeving liep. Hij herinnert zich de zoete geuren die hij opsnoof, een geur die van de nectar van de bloesem  van struiken en bomen afkomstig was. “Oh, wat een heerlijke geur was dat (toen)“. Hij was toen vermoedelijk nog net geen 2 jaar. 


Kennelijk herinneren we ons geuren uit onze leefomgeving heel goed, hoeveel tijd er soms ook verstreken is tussen de ervaring van toen en nu;  herinneringen die al op zeer jeugdige leeftijd worden opgedaan. 


Vooral door overlevering, maar ook wel uit eigen waarneming, weet ik dat gemaaid gras vroeger zo lekker rook. Dat kwam omdat in de grasmat  - het hooi dus - veel gewoon reukgras stond. Door kneuzing en dus bij het maaien en harken, geeft het een zoetige geur af. In de plant komt dan de stof cumarine vrij, aangenaam zoetig om te ruiken. 


Op allerlei lage plekken, mits niet te voedselrijk, tref je in de grazige, vochtige begroeiing, zoals in uiterwaard-graslanden,  geregeld het moerasreukgras aan 

Bij maaien ervaar je dan de geur van ouderwets grasland.

Albert Corporaal