Het landschap aan het woord
de Verkiezingen
uit podcast van IJssel met meesterinterviewer
Dank je wel, het was inderdaad een eclatant succes toen we 100 dagen geleden met ruim meer dan de gepeilde stemmen het Parlement binnen kwamen stormen. Als Partij van de Rivieren lieten we al van ons horen in allerlei beraadslagingen en waren we vooral buiten – op straat zou je kunnen zeggen, figuurlijk gesproken – zeer actief bezig. We organiseerde regelmatig opzienbarende overstromingen, bijna droogleggingen en zeer vaak het zeer gewaarde waterplezier. En we staan niet voor niets bekend om onze afvloeiingsregelingen, sinds mensenheugenissen – wat dat ook mag betekenen. Maar onder charismatisch leiderschap van onze partijvoorzitter Rijn, ook wel bekend als Rhein of Rhin, zijn we tegenwoordig een bepalende factor geworden in het Parlement. Nu kunnen we stappen voorwaarts zetten. Daarbij gaan we zeker de internationale contacten van onze voorzitter stevig benutten.
Niet zonder trots vertel ik dat ik met behoorlijk veel voorkeursstemmen heb mogen aantreden als vertegenwoordiger van het bonte palet aan watergangen. Het gaat niet alleen om rivieren, maar ook om beken, weteringen en sloten. Ik zeg het je eerlijk, ik heb onder deze doelgroepen stevig campagne gevoerd. Zeker in mijn streek. De zeer bijzondere sprengen adoreren mij. Zo door mensenhanden aangeraakt en gevormd verlangen zij naar de vrijheid die ik hen breng.
Ik wilde zelfs verder gaan en begon me te richten tot de regendruppels. Ze bleven echter trouw aan hun partij, Partij van de Dieren. Een merkwaardige combinatie op het eerste gezicht. Doordat die partij zich een aantal jaren geleden begon te richten op bodem en lucht hebben ze hun gestage groei behoorlijk weten om te zetten in spurt voorwaarts waardoor ze de grootste zijn geworden en die winst hebben ze knap weten vast te houden bij de laatste verkiezingen. Daarvoor nog de felicitaties. Die partij heeft onder leiding van Varken veel bereikt, denk aan de radicale verandering van voedselproductie en -consumptie, aan onvoorstelbare en bijna grenzeloze ruimte voor flora – ja die ook – en fauna, jaloersmakend. Ik moet in eens denken aan al die aantrekkelijke modderpoelen die overal her en der zijn verschijnen en nog steeds verschijnen. Maar vooral met de zeer effectieve klimaatzuiverende maatregelen maken ze furore, maatregelen die niet zonder slag of stoot zijn doorgevoerd. Met name de leden van de Partij van de Mensen liggen tot op de dag van vandaag nog flink dwars. Dat houd je naar mijn mening niet vol. En het ecosysteem heeft dat ingezien.
Natuurlijk zagen we met z’n alle aankomen dat de Partij van de Mensen behoorlijke klappen zou krijgen. Ze is eigenlijk haar notoire verdeeldheid nooit te boven gekomen. Maar goed, hoe klein ze ook is geworden, met haar branie moeten we natuurlijk gedegen rekening houden. Dat is denk ik mijn sterkste punt. In de campagne en nu ook in het Parlement leg ik sterk de nadruk om zaken integraal en gebiedsgericht te benaderen. Dat heeft flink aan gesproken bij brede doelgroepen. Alleen op deze manier – zo is mijn stellige overtuiging – kunnen we samen de problemen, nee de uitdagingen waar voor we staan doelmatig en met enthousiasme bij de kop pakken. Bevlogen als ik ben. Het gaat er om enerzijds de opgaven en anderzijds de waarden die in gebieden spelen en beleefbaar zijn in balans te brengen. Met nieuw elan. Je merkt het, ik heb er zin in. In gebieden langs mijn oevers, eigenlijk in alle gebieden.
Natuurlijk onderschrijf ik de principes van onze Partij van de Rivieren. Ze zijn alom bekend en ik wil ze hier met liefde en nadruk nog eens goed verwoorden. Het gaat ons om de volledige liberalisatie – in de klassieke betekenis – en om diepgewortelde emancipatie van de rivieren. Eeuwen lang zijn we vastgelegd en volledig geketend in aardse substantie van de bodem, zeker in dit deel van de planeet. Wij streven naar vrijheid, vrij stromend door het landschap, zonder dammen en dijken. De kribben beginnen ons te steken. Ruimte willen we, ruimte voor rivieren en voor alle mogelijke watergangen die we maar kunnen bedenken en die we rekenen tot onze bondgenoten. We willen onbevooroordeeld kunnen handelen naar onze aard. Interessant is dat een intellectuele en wetenschappelijke minderheid van de Partij van de Mensen dat ook vindt en hebben dat ook op een kaart gezet. Dat kunnen zij dan weer zo goed, moet ik ze nageven.
Je begrijpt, beste luisteraar, dat er binnen onze partij ook geluiden zijn die angstaanjagend radicaliseren. Het komt er op neer dat de Blauwe Planeet niet voor niets zo heet en dat water alleenheerschappij dient te hebben. Dit extremisme is ontoelaatbaar. Zij zijn ook nadrukkelijk diegenen die bovenmatig en hartgrondig gruwen van omschrijvingen als weelderig en lieflijk, schoonheid en authentiek. Laat Rhein maar niet horen dat ze romantisch is. Dit gevoel begrijp ik wel. Echter ik zou me zelf eigenlijk best wel als lieflijk willen beschouwen. Een ruimtelijke kwaliteit waar ik trots op ben.
Ik zeg het je eerlijk, ik lig graag lekker lui achterover in het landschap. Zo’n beetje stromen met de bochten mee. Kabbelen is mijn gemoed en vergeef me als ik zo nu en dan onstuimig ben en overloop. Het heeft me, denk ik, met mijn opvoeding of beter gezegd met mijn ontstaansgeschiedenis te maken. Het is met deze waterstaat dat ik vele watergangen, en toch ook mens en dier, aan me heb weten te binden. We leven in een land waar we compromissen moeten sluiten. Ik zet mij daar voor in. Vraag wel om wat meer ruimte, nogmaals integraal en gebiedsgericht.
Op één ding zal ik wel stevig van leer willen trekken en dat betreft waterkwaliteit. Daarvoor geldt – en dat wordt breed gedragen in onze partij – een compromisloze verbetering en bestraffing van degene die op zijn geweten heeft water van rivieren, beken, weteringen en sloten te vervuilen, doelbewust of achteloos. En dat komt – eerlijk is eerlijk – niet alleen op het conto van het gedrag van mensen – wel een behoorlijk deel, geen misverstand. Dieren kunnen er ook wat van en wij waterelementen zijn er ook niet helemaal vrij van te pleiten. Je begrijpt wat dit laatste betreft, dat ik de radicalen in onze partij tegen me heb. Dat dan weer wel.
Ik ben – leuk dat je er naar vraagt – een wetsvoorstel aan het voorbereiden, samen met Partij van de Dieren en Partij van de Mensen. We willen dat zones en oevers van watergangen – en je begrijpt in het bijzonder die van mij – beter toegankelijk worden gemaakt voor water, plant, dier en mens. In mijn geval merk ik op dat over mijn hele lengte, zowel aan Veluwse zijde als aan Saksische zijde – als ik dat zo mag zeggen – bijzonder weinig voorzieningen zijn gerealiseerd. Ik propageer het struinen en dat betekent het regelen van Recht van Overpad. Hoewel het voor mij als rivier nog bijzonder ingewikkeld is voor te stellen wat het betekent om grond in eigendom te hebben. Is natuurlijk weer zo’n merkwaardig idee van mensen waar ze stap voor stap van afgebracht moet worden. Maar dat vergt lange adem. Maar we zijn op de goede weg. En ik dwaal af. Verbetering van de toegankelijkheid – voor mijmeren en met uitzicht vertoeven, voor foerageren en rusten, voor groeien en bergen – deze toegankelijkheid willen we koppelen aan de vergrote bufferwerking van dergelijke zones en oevers. Om kwaliteit van water en bodem te garanderen. En o ja, een persoonlijk wens, ik wil graag, net zoals Rijn, strangen hebben. Ik heb er wel een paar, oude rivierbochten en zo, maar dat kan best een tandje meer. Ik ben een crowdfunding gestart. Mate van oversteekbaarheid is nog een ander agendapunt. Dat vraagt nog om een nadere uitwerking. Je ziet ik begin de ambtelijke taal al aardig onder de knie te krijgen.
Vind je het leuk om te reageren op deze podcast neem dan contact op met het Huis der Rivieren, Bureau IJssel of met Meesterinterviewer, bekend bij de redactie.
Elbert van der Linden
Van professie planoloog, werkzaam als adviseur ruimtelijke kwaliteit bij Provincie Gelderland, woonachtig in Zutphen. Dichtbij de mooiste rivier van Nederland.