Het Landschap aan het woord

Mijn laatste winter 

Meer Dorperwaarden zien? Hier

Lieve Mens, 

Mijn laatste winter was anno 2008. In mijn Dorper­waarden. 


Echt koud zal ik het voortaan niet meer hebben. Ik denk ook dat ik mijn uiterwaarden op andere tijden laat onderlopen. Of ze een paar jaar droog laat staan. Mijn vertrouwde regiem van voor- en najaar ga ik verlaten. Ik doe het nu al bij tijd en wijle. Om je er aan te laten wennen. 


Jouw dijken zijn voorlopig op sterkte, ik heb er zelfs op plekken meer ruimte bij gekregen. Dat was soms tegen mijn zin, mijn eigen landschap moest weer eens op de schop. Ik heb overigens tranen van water gestroomd om het verlies van jouw oude cultuurlandschap. Dat werd her en der met Attila op de bulldozer weggevaagd. Dat had echt anders gekund! 


Mijn duizend jaar oud stroomlandschap, met veel van jouw bewoningssporen daarin, is ons geza­menlijke Nationaal Landschap. Uit de tijd toen het ons beide nog om een symbiotische relatie ging. Uit de tijd dat er nog niet zoveel toeristen naar mijn ondergelopen uitwaarden kwamen kijken. Toen er überhaupt nog geen enkele dorpeling kwam kijken als uiterwaarden onder water stonden. Zo normaal was mijn regiem toen. 


Ik weet het, ik ben niet altijd goed voor mezelf opgekomen. Maar jij had ook veel meer kunnen doen door alleen al mijn tent niet vol te hangen met allerlei toeterbellen. Had je mij maar niet zo breed uitgemeten in jouw media. Aan mijn stem, mijn roep om stilte, om reflectie, ontbreekt het dagelijks. 


Laat me weer met rust. Weg met al die uithangbor­den en kiosken die mijn waarden zo vernederen. Koop goeie wandelschoenen zou ik zeggen om gepast mijn gebied te kunnen betreden. 


Aan mijn creatie is in het verleden al zoveel vernield. Jij hebt meanders en armen van me afgeknipt, veel van mijn waarden afgeknepen. Mijn hoofdstroom is kribbig gekanaliseerd. Allemaal voor jouw gewin. Je was en bent vaak onbehoorlijk gepassioneerd moet ik zeggen. Allemaal uit eigenbelang of hou je toch wel een beetje van me? 


En nu moet ik terug naar de natuur, Natura 2000? Wiens natuur is dat eigenlijk? Al het laatste slib dat ik voor het gras van jouw grazige koeien heb neer­gelegd is zo vervuild als wat. Denk jij mijn sedimen­ten ooit weer schoon te krijgen? En mij ook verder te vrijwaren van alle andere viezigheid die jij en niet ik veroorzaak? Je weet toch dat ik graag uitsluitend met natuurlijke materialen werk. 


Jij soupeert de laatste tijd niet alleen steeds meer mijn aardrijk op, verkwanselt ook meer en meer die van jezelf. Eigenlijk veel van het complete land­schap dat ik je in mijn aardse tijd heb nagelaten. De afspraak was om mijn terrein met rede te gebruiken, daar prachtige geschiedenissen in te schrijven. Ooit hield je samen met mij van een goede ruimtelijke orde. Nu denk je dat je alles in mijn creatie kunt doen. Dat is nog het erge. Ook het enge. Zo dacht je eerder niet. Dat knaagt aan mij, vreet aan me. 


Wens jij eigenlijk goed over ons gezamenlijk verle­den na te denken? Of over je eigen creaties in mijn aardkundig landschap? 


In het verleden waren je gedachtes zoals gezegd bepaald niet altijd slecht voor mijzelf. Alhoewel, aan sommige van je zaken kleefde ook een koloniaal lucht­je.

Maar doe me een plezier. Vrijwaar mijn rijk van grote velden zonnepanelen die je zogenaamd van je eigen ondergang moeten redden. Jij kunt veel slimmere oplossingen verzinnen. Oplossingen zoals je die bedacht met je silent piler voor de versterking van onze Bomendijk. 


Ik ben niet jouw bezit, nooit geweest. Ik red me wel. Of het nu gaat om veel of weinig water afvoeren. Maar als je niet oplet maak ik er in de komende 100 jaar gewoon weer mijn eigen landschap van. 
 

Fijne dag! 

IK, de IJssel 


 
Lies Holstein 

sociaal geograaf, politica en beeldend kunstenaar